Gedichten reagerend op schilderijen

Geplaatst op

Op 26 augustus 2017 presenteerde de kunstenaarsgroep NU uit Onderbanken — bestaande uit Petrie Klinckhamers, Jos Ramakers, Loe Wouters, Jos van Wunnik — een project waarbij zes dichters reageerden op kunstwerken en de kunstenaars een of meer werken maakten bij een gedicht van deze dichters: Pieter Theunissen, Anke Cuijpers, Rouke van der Hoek, Emma Crebolder, Leo Hermens en Ad van Itterson. Tijdens de opening in het Mariapark te Sittard droegen de dichters hun werk voor. De gedichten werden naast de bijbehorende kunstwerken geëxposeerd en er werd een cassette (opl. 50 st.) gepresenteerd met daarin de 22 gedichten en bijbehorende afbeeldingen gebundeld.

Hier de vier gedichten die bij mijn schilderijen gemaakt werden plus het schilderij dat ik bij een gedicht maakte:

Zeevonk

Door Emma Crebolder; bij ‘Streams, beams 4’

Op een avond aan het Noordzee-
strand brak uit de branding
een flonkering los. De zee vonkte
schepping en apocalyps ineen.
Lichtende sluiers schiepen
ledematen sprakeloos tot vinnen
en vleugels. Aan woorden voorbij
heeft de schilder met verve
de kustlijn voorgoed in brand gezet.

Streams, beams 4

Ik het ander opvang eigen loslaat

Door Leo Hermens; bij ‘Stroom, rond’

Het boeit niet zolang het gloeit wat ik doe of waar
zolang ik gestemd ben zo lang ik als de linker pink van Perlman

een viool uit een stoffige werkplaats mee op zee ben
om gelakt te worden en stuk voor stuk beproefde

honderdvijfenzeventig hengstensnaren
of op zijn minst een bijeenkomst van bouwers en bestuur

voorafgaand aan piepjes voor detectiepoortjes of ze die doen
van een vogel of een ottertje zo lang handen in de lucht

palmen omhoog ik het ander opvang eigen loslaat
ondersteun wat dreigt te vallen rustig naar de grond begeleidt.

Flow, round

De dans van de geliefden

Door Pieter Theunissen; bij ‘Grensboom’

Dans mij de dans van tekeer en bij ontij
en reik met mij en de wijdste
takken naar het firmament
gloeiend met lichtende
vuurvliegjes door de zomernacht
kolk met me als een rivier
vanuit haar wortelende bron
naar een sterrenzee
een gewelf in plassen van maan
vol spinrag en koraalrif.

In een contradans
onder het gezang van nachtegalen
reik ik naar je uit
reik ik je reik je me reken ik me
rijker dan de prins die alle sterren kocht
wij worden ze
in peristaltische omstrengeling
wij zijn ze al
alleen nog onderweg
sprankelend verschietend
langs de boom naar boven.

totdat de ochtend gloort
en we in het licht vervagen
en doven
stilletjes
zwijgen tot
opnieuw de avond valt.

Boundary tree

Dwergvleermuis

Door Rouke van der Hoek; bij ‘Streams, beams 1’

Met de dwergvleermuis ben je in de aap gelogeerd.
Kom je die tegen, hou maar op.
Er mag geen steen verlegd, geen boom gekapt
want het beest is beschermd. En je ziet of hoort ‘m niet eens.
Zo’n ondankbaar stuk vreten!

Maar de ruige dwergvleermuis, dat is de overtreffende trap.
Ook beschermd, ook onzichtbaar.
Maar wel spuiten en snuiven en onveilige seks.
Tijdens de vlucht alleen maar verwensingen en vloeken.
Zo luid dat de avond bijna explodeert.

Streams, beams 1

Bericht uit ruimtestation

Door Leo Hermens; het inspireerde mij tot het maken van ‘Web van stilte’

Lang niet zo bezwaard als wakend
en wachtend op het geknars
van de sleutel in het slot
luisterend naar hoe treden het vertikken te kraken
de glazen op nachtstroom
de hal holler
want een jas niet aan de kapstok
wacht ik op een duw van de zonnewind
tussen voorbijdrijvend schroot.

Wat zal ik zeggen over het ontzaglijke?
Ik bewonder hoe een web
van ondergrondse schimmel
aan het licht komt als eekhoorntjesbrood.

Ik aanschouw de gloed van steden in de nacht,
Olievelden in vlam.
Een groot schip ligt op zijn zij.
Een zwembad loopt leeg in de zee.
Een zinkende trompet blaast zijn laatste bellen.

Lichtheid? Wat zal ik zeggen?
Ik zweef niet.
Ik val in herhaling.

Web of silence